Chris Willemsen (48) is een gekend en gevierd acteur, maar zit nu zonder werk

Chris Willemsem acteert al even niet meer. En dat valt hem zwaar. Maar hij laat de hoop zeker niet schieten.

“Ik vond het heel fijn om een schakel te zijn in het geheel: ik betekende iets.”

Chris: “Ik ben al een paar keer geopereerd aan mijn rug, maar de laatste keer is het fout gelopen. De chirurg had een paar wervels moeten vastzetten, maar heeft dat niet gedaan. Daardoor heb ik een incomplete dwarslaesie: de zenuwbanen zijn beschadigd waardoor ik nu veel moeite heb met lopen. Ik heb vier maanden moeten revalideren in Pellenberg (Leuven) en daarna ben ik nog ambulant behandeld in Geel. Nu ben ik weer beter, maar lopen gaat moeizamer dan vroeger. Ik trek mijn plan, maar ik heb het er toch heel lastig mee, want dit had voorkomen kunnen worden. Het liefste wat ik deed was acteren, en dat is nu voor een groot stuk weggevallen.”

“Mijn acteercarrière begon met figurantenrollen. Dat was leuk, maar ik wou meer. Ik ging cursussen volgen en ben dan toevallig in de filmwereld gerold. Nu ja, het was een combinatie van geluk en talent. Als het niet in je zit, vragen ze je niet meer. De grote doorbraak kwam voor mij met de tv-serie De Ronde. Toen wist plots iedereen wie ik was. Een heel hectische, maar leuke periode. Ik leerde veel mensen kennen maar nam ook zelf het initiatief. Ik schreef een mail naar een regisseur die ik had leren kennen en zei dat als hij ooit een dwerg nodig had voor een project, hij misschien aan mij kon denken. Zo belandde ik bij De Matroesjka’s en Crimi Clowns.”

“Omdat ik een dwerg ben, zijn mijn rollen altijd gelinkt aan het dwerg zijn. Ergens vind ik dat jammer. Ik had ook wel eens gewoon een advocaat of zo willen spelen, dan waren mijn mogelijkheden ruimer geweest. Alles wat ik in het dagelijks leven ook doe, kan ik spelen. Het is niet echt discriminatie, denk ik, maar elke rol in Vlaanderen is nu eenmaal felbegeerd. Je ziet vaak dezelfde acteurs terugkomen.”

“Toen ik nog werkte, had ik het gevoel met iets nuttigs bezig te zijn. Het was goed voor mijn zelfvertrouwen. Het heeft me sterker gemaakt. Ik vond het heel fijn om een schakel te zijn in het geheel: ik betekende iets. Daarvoor betekende ik natuurlijk ook wel iets, maar het voelt anders. Ik ben heel trots op mijn werk. Elke acteur speelt voor anderen, je zoekt erkenning en appreciatie. Ik was zo blij dat ik niet meer altijd thuiszat, dat ik weg kon. Voor mijn acteercarrière leefde ik eerlijk gezegd van weekend naar weekend, dan kon ik weer op stap met mijn vrienden.”

“Nu dat allemaal is weggevallen, voel ik me soms wel down. Ik heb één keer een woede-uitbarsting gehad. Dat was tijdens de revalidatie. De oefeningen lukten niet en ik ben gewoon gecrasht. Ik heb toen een goed gesprek gehad met een therapeut, dat heeft me moed gegeven. Gelukkig heb ik ook fijne vrienden. Zij blijven me herinneren aan het geluk dat ik wél had, of ik ooit had durven dromen dat ik dit had kunnen bereiken? Dat is inderdaad waarop ik me moet focussen, op wat ik wél heb gerealiseerd. En ergens hoop ik nog altijd op een mirakel, dat de wetenschappers iets vinden om zenuwbanen te herstellen.”

“Vandaag zitten helaas al mijn collega’s in dezelfde situatie. Door de coronacrisis blijven veel acteurs noodgedwongen thuis. Het is overal heel stil nu. Dat de cultuursector is stopgezet, gaat nog veel teweegbrengen. Mensen gaan echt in de problemen komen.”

“Ondanks mijn medische problemen en de coronacrisis, schrijf ik mezelf nog niet af. Ik ben heel actief op sociale media en onderhoud mijn netwerk. Ik hoop nog veel jobs te kunnen doen, zelfs al is het in iets beperktere rollen. Want uiteindelijk gaat het bij mij niet eens om het geld, maar om de sociale contacten. Ik ben heel graag onder de mensen. Mijn ouders hebben me zo opgevoed, we waren nooit thuis, altijd onderweg. En dat wil ik blijven doen.”